Door de oorlogen in Oekraïne en Gaza ben ik me sterker bewust geworden van de grens van het recht. Waar in vredestijd zware straffen staan op doodslag en moord ontkomen in oorlogen duizenden aan de juridische consequenties. Misschien dat er, om aan het gevoel van gerechtigheid tegemoet te komen, juridische stappen zullen worden ondernomen tegen de aanstichters van het oorlogsgeweld en tegen de ergste geweldplegers.
Maar wat zal er gebeuren met de duizenden anonieme geweldplegers die, gedreven door machtswellust en wraak, misdaden pleegden? Bij wie, wat en waar ligt de grens? Klaag je in principe iedereen aan op grond van deelname aan een criminele organisatie of richt je jezelf op de enkele pechvogel die in je vizier komt?
Wanneer ik kijk naar de aanklachten en straffen na de tweede wereldoorlog dan weet ik één ding zeker. We zullen beide oorlogen en onze persoonlijke rol en positie daarin zo snel mogelijk willen vergeten. Die wens is de grens van het recht. Het keerpunt waarop je de last van het door schuld en boete beladen verleden loslaat om je over te kunnen geven aan een vrije onbelaste toekomst.
Zie ook de selectie columns over rechtvaardigheid en recht die begint met de column: eerlijk en rechtvaardig.
Zie ook:
collectief geweld
de macht van de kudde
genocide
gerechtvaardigd geweld
geen oorlog zonder geweld
in de ban van geweld
gewoon omdat het kan
begrip mededogen en vergeving
vergeven